(advertenties)
(advertentie)

Wil je cannabis medicinaal gebruiken, dan wil je natuurlijk wel de feiten op een rij hebben. Wiet, THC en CBD olie zijn veilig om dagelijks te gebruiken maar als het voor jouw klachten niets doet, dan is dat ook wat overdreven. En dus vertrouw je op de wetenschap. Maar hoe betrouwbaar zijn alle studies waar we de laatste jaren mee worden overspoeld? Dát zochten we voor je uit.

Wietonderzoek is populair

Sinds enkele jaren wordt er volop wetenschappelijk onderzoek gedaan naar de medicinale werking van cannabis. Dat was decennialang niet tot nauwelijks mogelijk vanwege het wereldwijde cannabisverbod. Wetenschappers waren daardoor immers ook gewoon strafbaar, als zij cannabis voor onderzoeksdoeleinden in hun laboratoriums hadden.

Aan die tijd komt gelukkig langzaam maar zeker een einde. In steeds meer landen over de wereld en in allerlei Amerikaanste staten wordt het medicinale gebruik van cannabis gelegaliseerd of gedecriminaliseerd. Zelfs het recreatieve gebruik is in steeds meer landen toegestaan, zoals in Uruguay en Canada. Er breken dus gouden, of beter gezegd groene tijden aan voor wetenschappers die de cannabisplant willen bestuderen.

Zij kunnen eindelijk legaal aan cannabis voor onderzoekdoeleinden aanschaffen. Zodoende zijn horden onderzoekers aan de slag gegaan om te leren waarom de wietplant toch zo’n bijzondere uitwerking op ons heeft, hoe haar heilzame eigenschappen tot stand komen en wat de plant allemaal nog meer in petto heeft voor ons.

We kunnen zelfs wel stellen dat het momenteel los gaat in onderzoeksland met studies naar cannabis. In wetenschappelijke literatuur wemelt het van de nieuwe publicaties over medicinale cannabis, die tegenwoordig trouwens veelal afkomstig zijn van Israëlische farmaceuten en universiteiten. En wie wetenschappelijke databases zoals Pubmed of EurekAlert raadpleegt over cannabis, krijgt duizenden hits.

Patiënten zoeken antwoorden

Omdat cannabis zo lang in een verdomhoekje heeft gezeten, weten veel zorgverleners weinig over het medisch gebruik ervan. Ze leren tijdens hun (medische) studies bijvoorbeeld niets over het endocannabinoïden-systeem. Veel medici vermijden het onderwerp medicinale cannabis zelfs helemaal, omdat ze nog steeds denken dat wiet een verderfelijke drug is.

Het is daarom extra belangrijk als het om mediwiet gaat, om zelf kennis op te doen en je in te lezen met nieuwsartikelen en de beschikbare wetenschappelijke onderzoeken. Anders gezegd moet je het als patiënt die cannabis of wietolie wil proberen, minder hebben van medici en meer van zelfonderzoek en -medicatie.

Zin en onzin over cannabis

In dat opzicht is het dus fijn dat er eindelijk veel onderzoek wordt gedaan naar de cannabisplant. Maar helaas gaan sommige wetenschappers kort door de bocht. Niet alles is correct en niet elke studie is goed opgezet. Sommige studies gebruiken bijvoorbeeld onjuiste of verouderde onderzoeksresultaten als basis voor nieuw onderzoek. En als de basis niet goed is, zal het resultaat ook niet kloppen.

Helaas worden niet alle studies naar cannabis evengoed uitgevoerd. [Foto: shutterstock/

Wat we ook zien is dat onderzoekers allerlei bestaande onderzoeksresultaten van diverse studies pakken om die te analyseren. Dit hoeft geen probleem te zijn. Echter bestaat het gevaar dat al die studies cannabis net even anders hebben onderzocht. Dus de ene studie heeft bijvoorbeeld gekeken naar mensen die cannabisolie gebruiken terwijl de andere studie heeft gekeken naar mensen die cannabis roken met tabak. De resultaten zijn dan niet 100 procent met elkaar te vergelijken.

Een ander voorbeeld is de beslissing uit november 2017 van de zorgverzekeraars om de kosten voor mediwiet niet te vergoeden. Deze werd gebaseerd op vele bestaande onderzoeken waaruit weinig bewijs bleek voor de werking van medicinale cannabis. Wat ze de beleidmakers niet vertelden, was dat nagenoeg alle geraadpleegde onderzoeken gedaan werden met synthetische cannabis – heel andere stoffen dus dan die de plant zelf produceert!

Ook speelt vooringenomenheid nog wel eens een rol bij onderzoekers. Dat kan ervoor zorgen dat het onderzoek vanaf het begin al een bepaalde kant op gaat en dus niet objectief is. Dit gebeurt vooral bij onderzoekers die jarenlang hebben gehoord dat cannabis een slechte, destructieve drug is. Deze gedachte zit zo diep geworteld, dat zij daar maar lastig van af kunnen stappen.

Dergelijke omstandigheden zijn niet goed voor de kennis over medicinale cannabis. Een onderzoek moet mensen correct informeren, kennis verrijken en soms zelfs levens redden. Daarom volgen hier enkele richtlijnen die Mediwietsite gebruikt om studies te beoordelen en die jou kunnen helpen hetzelfde te doen. Deze aandachtspunten helpen je om het verschil te zien tussen valide informatie en studies die je met een korrel zout moet nemen.

Dierlijke versus Menselijke studies

Studies vinden altijd plaats in verschillende fases. Tijdens de eerste fases worden vaak proefdieren zoals muizen en ratten gebruikt. Dat komt omdat deze dieren genetisch gezien veel op mensen lijken, en bovendien een veel kortere levensspanne hebben.

Uitkomsten uit dierlijke studies zijn zeker waardevol en kunnen aantonen dat de kans groot is dat een medicijn of behandeling ongeveer dezelfde uitwerking zal hebben op mensen. Maar de enige manier om dat onomstotelijk vast te stellen, is door klinisch onderzoek op mensen. Een klinisch onderzoek, klinische studie of klinische trial is de fase waarin een middel of behandeling op menselijke proefpersonen wordt getest. Mensen zijn immers geen muizen.

Grootte van de onderzoeksgroep

In het geval van een klinische studie is het ook belangrijk dat de grootte van de onderzoeksgroep representatief is. De onderzoeksgroep dient een afspiegeling te zijn van de totale populatie. Pas wanneer alle respondenten die meedoen een goede weergave vormen van de daadwerkelijke doelgroep, is de kans het grootst dat het onderzoek representatief is.

Voor het vaststellen van zo’n onderzoeksgroep zijn allemaal regels die we hier niet gaan behandelen. In het kort komt het hierop neer: hoe groter de onderzoeksgroep, hoe betrouwbaarder het onderzoeksresultaat.

Controleren van variabelen

Veel mensen die cannabis gebruiken, gebruiken ook andere stoffen zoals tabak en alcohol. Bovendien zijn er nog tal van verschillende manieren om cannabis te gebruiken zoals verdampen, puur roken of met tabak, via een olie of juist een edible.

Dit maakt het voor onderzoekers extra belangrijk om goed te kijken naar variabelen die de uitkomst van een onderzoek kunnen beïnvloeden. Een onderzoek naar de invloed van cannabis op de longen bijvoorbeeld, kan alleen valide zijn als alle deelnemers cannabis op exact dezelfde manier gebruiken.

Omdat deze taak zo uitdagend is, worden veel studieresultaten vertroebeld omdat er ook effecten van andere stoffen in het spel zijn. Als een studie juist wel aandacht besteed aan het zo veel mogelijk uniform maken van de onderzoeksgroep, dan komt dat de betrouwbaarheid enorm ten goede.

Tunnelvisie

Een wetenschappelijke studie moet altijd objectief naar een onderwerp kijken. Wetenschappers moeten neutraal zijn en zich laten verrassen door de uitkomsten. Helaas gaat dat nog wel eens mis bij cannabis.

Zo heeft de inleiding van dit onderzoek al meteen een negatieve lading: “According to the WHO, cannabis is currently consumed by approximately 147 million people worldwide (2.5% of the population) making cannabis the most widely cultivated, trafficked, and abused drug.”

Dus omdat 147 miljoen mensen cannabis gebruiken, is het per definitie de meest misbruikte drug? Die conclusie is nergens op gebaseerd en geeft een behoorlijk negatieve lading aan het onderzoek. Het toont een vooroordeel dat de rest van het onderzoek minder betrouwbaar maakt.

Onbetrouwbare bronnen

Het ene onderzoek met onjuiste informatie kan vervolgens ook weer een bron zijn voor nieuw onderzoek. Dat ging bijna mis in de volgende situatie: in dezelfde studie die hierboven is gebruikt, staat in het Engels de volgende zin, we hebben hem even voor je vertaald:

“Verbanden tussen regelmatig cannabisgebruik en zowel geestesziekten als longkanker zijn duidelijk vastgesteld.”

Deze verklaring klopt niet, zo ontdekte Dr. Donald Tashkin van de UCLA. Hij ontwierp namelijk een studie om te bewijzen dat het roken van cannabis leidt tot een verhoogd risico op longkanker. Hij gebruikte de studie hierboven als bron, maar tot zijn grote verbazing ontdekte Tashkin dat die niet klopt. Uiteindelijk toonde zijn onderzoek zelfs het tegenovergestelde aan.

Gelukkig was Dr. Tashkin kritisch, maar valse verklaringen gebaseerd op slecht ontworpen onderzoeken die als feit worden genoemd, kunnen verstrekkende gevolgen hebben.

Onderzochte cannabis van slechte kwaliteit

De cannabis die door officiële onderzoekscentra in de Verenigde Staten wordt gebruikt, moet afkomstig zijn van de Universiteit van Mississippi. Dit is namelijk de enige entiteit die een DEA-licentie heeft om cannabis voor onderzoeksdoeleinden te produceren.

Echter is de cannabis die daar wordt gekweekt van uiterst lage kwaliteit in vergelijking met gewassen die professioneel zijn gekweekt op de legale markt. Dat komt vooral omdat die soorten een veel breder cannabinoïden-spectrum bevatten. En omdat cannabinoïden de werkzame stoffen zijn in cannabis, is het nogal van belang dat deze ruimschoots vertegenwoordigd zijn als ze wetenschappelijk worden onderzocht.

De Courtesy Multidisciplinary Association for Psychedelic Studies deed onderzoek met deze wiet en noemde het rommel.

Verouderde onderzoeksresultaten

Onderzoekers van de Universiteit van Syracuse hebben in een systematische review van bestaande onderzoeken aangetoond dat cannabis een positief effect heeft op de pijngrens, maar dat cannabis geen waarneembare en directe pijnverlichting geeft.

De review maakte gebruik van 18 bestaande onderzoeken naar cannabis en pijnverlichting, waarbij in totaal 442 volwassenen werden onderzocht. Waar het hier misgaat is dat alle 18 onderzoeken de nadruk legden op slechts één cannabinoïde, namelijk THC. Echter zou er tegenwoordig ook aandacht moeten zijn voor alle andere cannabinoïden, zoals CBD dat ook pijnstillende eigenschappen heeft.

Meningen en aannames vermelden als feiten

“Mortality post [myocardial infarction] may additionally be increased in cannabis users…”

Vertaald: “Risico op sterfte na een myocardinfarct [hartaanval, red.] kan ook verhoogd zijn bij cannabisgebruikers”

Deze uitspraak werd gebruikt in een wetenschappelijk artikel dat rapporteert over de schadelijke effecten van cannabis in het cardiovasculaire systeem. Het gebruik van het woord ‘kan’ maakt deze uitspraak tot een mening, geen feit.

Let op woorden als ‘kan’ of ‘zou kunnen’, omdat ze eerder een aanname of mening verkondigen dan een feit dat wordt ondersteund door observatie. De juistheid van bovenstaande verklaring is twijfelachtig.

In 2018 publiceerde Johnson-Sasso een goed uitgevoerde studie met de conclusie: “Onze resultaten suggereren dat, in tegenstelling tot onze eerdere hypothese, het gebruik van cannabis niet gepaard ging met een verhoogd risico op nadelige kortetermijnresultaten na AMI. Bovendien was het gebruik van cannabis geassocieerd met een verminderde ziekenhuissterfte na een acuut myocardiaal infarct.”

Het is eerlijk omdat ze niets claimen, maar toegeven dat de resultaten iets suggereren.

Geen eerlijke antwoorden

In veel onderzoeken wordt informatie verzameld door patiënten te vragen of ze cannabis of andere middelen gebruiken. Dit komt voor tijdens interviews ofbij zelfrapportage.

De vraag wordt vaak als volgt gesteld: “Heeft u een van de volgende middelen gebruikt: amfetamine, marihuana, methadon, heroïne, LSD, PCP, cocaïne, andere?”

Niet iedereen zal toegeven dat hij een stof uit die lijst heeft gebruikt. Bovendien maakt deze vraag ook niet duidelijk hoe iemand cannabis heeft toegediend, zoals we eerder al aanstipte.

Dit probleem werd duidelijk geïllustreerd in een studie die in 1995 werd uitgevoerd. Dit onderzoek verzamelde gegevens van zowel zelfrapportages als bloedonderzoeken. Bij de bloedtesten testten 585 vrouwen positief voor THC, maar slechts 31% van deze vrouwen had bij de zelfrapportage gemeld dat ze cannabis gebruikten.

We hebben feiten nodig

Het is belangrijk om wetenschappelijke publicaties zorgvuldig te herzien en alle vermelde of geïmpliceerde tekortkomingen mee te nemen in jouw eigen eindoordeel. De voordelen maar ook de risico’s van cannabis als medicijn moeten bekend zijn, zodat het veilig in ieders voordeel kan worden gebruikt.

Nu is dit misschien in mindere mate van belang als je een keer CBD-olie van de drogisterij wilt proberen om te kijken wat het doet. Maar als we serieuze aandoeningen gaan behandelen met cannabis, moeten we er wel van op aan kunnen dat de wetenschappelijke informatie die beschikbaar is, klopt.

Angst voor en een bepaalde houding tegenover cannabis horen niet thuis in goed uitgevoerde wetenschappelijke studies. Om cannabis te vertrouwen en op de juiste manier te gebruiken als medicijn, hebben we onpartijdige feiten nodig – goed verzameld en goed vermeld. Bestudeer de plant daarom. Laat je informeren, lees en probeer uit. Maar wees daarbij te allen tijden kritisch.

[Openingsfoto: Tinnakorn jorruang, Shutterstock]