(advertenties)
(advertentie)

Gezegend zijn zij die beschikken over een grote zonnige tuin. Zij kunnen daarin namelijk een voorraad medicinale cannabis kweken waar je ‘u’ tegen zegt. Zonder de gedoogregels te overtreden, en buiten met niet meer dan vijf wietplanten. Reuzenwietplanten welteverstaan, die met een beetje geluk een kilo of meer mediwiet kunnen opleveren.

Met de tips uit dit artikel en een mooie tuin, moet het lukken om deze zomer een paar enorme wietplanten te kweken die ieder wel een kilo of meer wiet kunnen opleveren. Natuurlijk moet het weer ook een beetje meewerken maar als de nazomer lekker zonnig en droog is, ligt een monsteroogst van een kilo of vier zeker binnen handbereik.
Aangezien het om buitenplanten gaat en je er niet meer dan 5 kweekt, kan je de planten in het ergste geval alleen kwijtraken maar hoef je niet bang te zijn voor vervolging.

Wietzaden

Goed, vijf grote wietplanten is dus oké volgens de gedoogregels, maar hoe kweek je ze? Om te beginnen is het belangrijk om te kiezen voor de juiste genetica. De juiste wietzaden dus. Om ons doel te bereiken moeten de planten lang groeien zodat ze een monsterformaat kunnen bereiken, voordat ze in bloei gaan. Dit kan alleen met fotoperiode-gevoelige wietsoorten. Kies dus geen autoflower maar een gefeminiseerde wietsoort die op basis van de lengte van de dag in bloei gaat.

  • Kies geen autoflower, maar een fotoperiode wietsoort die bloeit op basis van daglengtes.
  • Ga voor gefeminiseerd zaad of vrouwelijke stekken, je mag maar 5 planten dus er is geen ruimte voor mannelijke wietplanten.
  • Een snel bloeiend ras voorkomt dat de wiet in de herfst moet afbloeien.
  • Het klimaat in de lage landen vraagt om een sterke soort die goed bestand is tegen schimmels.

Omdat je binnen het gedoogde aantal van vijf planten wil blijven, is er voor mannelijke wietplanten geen ruimte in de tuin. Om vijf vrouwelijke wietplanten over te houden zou je met niet gefeminiseerde wietzaden, minstens een stuk of tien planten moeten kweken, en dat mag dan weer niét van de rechter. Je hebt dus ofwel gefeminiseerde fotoperiode wietzaden nodig, of vijf stekken waarvan je weet dat ze vrouwelijk zijn.

Verder is het nagenoeg onmogelijk om een monsterlijk grote wietplant van twee bij twee bij twee meter te verduisteren. En aangezien je je monsterplanten natuurlijk ook niet aan toprot ten onder wil zien gaan, is het belangrijk om een wietsoort te kiezen die klaar is voordat de natte herfst zijn intrede doet. Om in Nederland of België een monsterplant te kweken heb je verder een sterke soort nodig die goed tegen schimmels bestand is en niet na de eerste de beste regenbui vol met rotte toppen zit.

Valse start

Om je wietplanten zo groot mogelijk te laten worden, geef je ze een valse start. Door je wietzaden alvast in maart te laten ontkiemen, en binnen onder een paar spaarlampen, LED of  TL balken op te kweken, geef je ze een mooie voorsprong. Wanneer het buiten rond de 15e van mei eindelijk warm genoeg is voor je wietplanten, hebben ze er dan al twee maanden opzitten, en al een aardig formaat bereikt.

Geef je planten een voorsprong en kweek ze alvast binnen op. Foto: shutterstock/Jan Havlicek

  • Zaai nu alvast binnen je zaden.
  • Gebruik LED, T-neon of TL licht of spaarlampen om de planten in de groeifase te houden.
  • Verpot op tijd naar een grotere pot.

Probeer je planten binnen van genoeg licht te voorzien en verpot ze steeds wanneer dit nodig is. Op die manier kunnen ze rond IJsheiligen al een volwassen plant van een meter hoog zijn, en start je de zomer met een flinke voorsprong. Onthoud; hoe groter de pot, hoe groter de plant – mits er ook genoeg licht is.

Sluit een schakelklok aan op de lampen die je binnen gebruikt om je wietplanten op te kweken, en stel die zo in dat het licht 18 uur aan staat en 6 uur per etmaal uit staat. Op deze manier voorkom je te korte dagen en hou je de planten in de groeifase.

Geef ze de ruimte

Na IJsheiligen is er geen kans meer op nachtvorst aan de grond, en kunnen je wietplanten naar buiten. Ze hebben dan nog tot halverwege augustus de tijd om tot hun monsterformaat uit te groeien. Om ervoor te zorgen dat ze dat ook doen, is het belangrijk dat ze onder de grond niet gelimiteerd worden in hun ruimte. Wil je een monsterlijk grote wietplant, dan zul je haar dus niet in een pot moeten zetten, maar rechtstreeks in de grond moeten plaatsen.

Maar gewoon een gat graven en daar je wietplant in verpotten is niet genoeg. Wil je echt grote planten kweken, dan moet je de grond wel een beetje voorbewerken. Graaf dus een groot gat voor je wietplant, en schep de aarde goed om. Het is een goed idee om de aarde met potgrond of compost te verrijken en het zo wat vruchtbaarder te maken. Hoe groter het gat met omgeschepte aarde, hoe groter je wietplant kan worden.

  • Na IJsheiligen (halverwege mei) kunnen wietplanten buiten.
  • Graaf een groot gat en schep de aarde om.
  • Verrijk de aarde met organische vaste voedingsstoffen.
  • Nuttige schimmels helpen en beschermen de wortels van wietplanten.
  • Maak de aarde luchtig met kokosvezels.
  • Hoe groter het gat met verrijkte luchtige aarde, hoe groter de plant.

Meng eventueel wat organische meststoffen door de aarde in het gat zoals bloed en beendermeel, of gebruik vaste mestkorrels die geleidelijk hun voeding afgeven. Nuttige schimmels helpen de wortels met de opname van water en voeding, en beschermen ze tegen andere kwaadaardige schimmels.

Om de wortels gemakkelijk door de aarde heen te laten groeien, kun je het aardemengsel verder luchtiger maken door er kokosvezels doorheen te mengen. Je hebt veel nodig voor vijf monsterplanten, dus wellicht is het een goed idee om die als geperste blokken te kopen. Laat deze blokken voor gebruik goed weken in water met een pH-waarde van rond de 6.

16 Toppen

Wanneer je een wietplant op de boven beschreven manier voorgroeit en rond mei in de volle grond plaatst, zal ze enorm groot worden. Ze groeit wel vijf maanden en heeft de ruimte onder de grond. Hierdoor zal ze enorm hoog worden wanneer je haar niet eerst een paar keer topt. Door het toppen zal ze zich meer in de breedte ontwikkelen, maar wees niet bang, ze zal meer dan hoog genoeg worden om voor monsterplant door te gaan.

Het meeste topwerk zal je moeten doen wanneer je planten nog binnen staan. Begin wanneer ze ongeveer vier tot vijf nodes hebben (vier setjes zijscheuten) en snoei haar terug tot de derde node. Vervolgens top je ze nog eens wanneer de uitlopers op hun beurt vier nieuwe zijscheuten hebben. Als die uitgelopen zijn heb je een plant met 16 uitlopers en een goede basis voor een mooie bossige monsterplant.

Natuurlijk zet je de plant niet op 12/12 zoals in het plaatje van Monty hierboven, maar laat je haar rustig verder groeien onder 18 uur licht en 6 uur donker. Wanneer ze buiten verder groeit zul je haar af en toe opnieuw moeten terugsnoeien om een mooie ronde vorm te geven. Het doel is een plant van twee meter breed en twee meter hoog. Minstens ;-)

Voeding en ondersteuning

Omdat je de aarde goed hebt verrijkt en de wortels ongelimiteerd kunnen groeien, hoef je je niet heel veel zorgen te maken over de bemesting. Wanneer de grond in je tuin voldoende organisch materiaal bevat, zullen je wietplanten altijd genoeg voeding tot hun beschikking hebben. Zolang de bladeren mooi groen blijven is er geen reden om bij te voeden. Mochten de bladeren echter lichter van kleur worden, dan kun je bijvoeden. Doe dit bij voorkeur met vaste organische meststoffen en gebruik flesvoeding alleen wanneer je snel een tekort moet aanvullen.

Naarmate de zomer vordert zul je zien dat je planten op deze manier enorm groot worden. Zeker wanneer ze op een goede zonnige plaats staan. Het zal vroeg of laat ongetwijfeld een paar keer hard gaan waaien, en hoge wietbomen vangen veel wind. Takken kunnen gemakkelijk afbreken tijdens een storm, dus is het belangrijk om je planten goed te ondersteunen.

  • Voeding is meestal niet nodig in de volle grond.
  • Bijvoeden kan het best met vaste organische bemesting.
  • Ondersteun monsterplanten met klimnetten tegen wind.

Een gewone wietplant kun je ondersteunen met wat bamboestokken, maar een monsterplant is daarvoor gewoon veel te groot. Klimnet is een betere manier om je monsterplanten tegen de wind mee te beschermen. Span het horizontaal boven je planten wanneer ze nog geen monsterformaat hebben en laat ze er doorheen groeien. Het klimnet kun je in tuincentrums kopen en heeft als bijkomend voordeel dat je de takken er mooi mee open kunt spreiden.

Wanneer de planten zo groot geworden zijn dat je het eerste klimnet niet meer te zien is, pak je ze rondom in met nog meer klimnet. Maak het klimnet vast aan een paar stevige palen in de grond zodat je monsterlijk grote planten goed beschermd worden tegen een storm.

[Openingsfoto: poupine, Shutterstock]