10 dingen om WEL én NIET te doen als je wiet gaat kweken
Zelf medicinale wiet kweken is niet moeilijk, maar er zijn wel do's en don'ts. Daarom 10 zaken die je vooral WEL en NIET met wietplanten moet doen.
Een nieuwe vaardigheid zoals het kweken van je eigen medicinale cannabis, leer je vaak pas écht wanneer je eraan begint. Maar dat willen we jouw eerste wietplanten ook weer niet aandoen. Daarom sommen we de 10 grootste kweeklessen van beginners gewoon voor je op.
Wietplanten zijn niet hetzelfde als huisdieren. Verwennerij met veel water en veel plantenvoeding leidt niet tot dikkere toppen of een betere kwaliteit. Ook is het geen goed teken als wietplanten enorm snel de hoogte in gaan. En hangende wietbladeren geven niet altijd aan dat wietplanten meer water nodig hebben.
Doorgaans kom je daar na een paar kweekrondes zelf ook wel achter, maar zulke lessen hoef je wat ons betreft niet met vallen en opstaan te leren. Daarom geven we je de 10 grootste kweeklessen van beginners, gewoon op een presenteerblaadje.
Het klinkt logisch want in de natuur ontkiemen wietzaden immers ook gewoon in de aarde, nietwaar? Wél waar, maar toch is dat zeker niet de beste methode om wietzaden te laten ontkiemen. Het vochtgehalte is in aarde namelijk lastig op peil te houden en je ziet niet wat er met je wietzaadje gebeurt onder de grond. Je zaailing moet zich door de aarde omhoog worstelen, wat niet altijd lukt.
Moeder natuur heeft dit opgelost door wietplanten van héél veel zaden te voorzien, waarvan het merendeel niet uitkomt. Wanneer je echter 5 euro of meer voor één zaadje hebt betaald, wil je dat de kans op succes natuurlijk maximaal is. Ontkiem je wietzaden daarom verticaal in een nat koffiefilter. Supersnel, makkelijk en 100% succesgarantie!
Veel beginnende (en ervaren wietkwekers trouwens ook) gebruiken kleine kweekkasjes (propagators) om hun zaailingen de eerste weken in te laten groeien. Zij denken dat een hoge luchtvochtigheid nodig is om zaailingen niet uit te laten drogen. Dit is niet waar; zaailingen hebben in tegenstelling tot pas gesneden stekjes, vanaf het begin meteen een mooie penwortel waarmee ze vocht uit de grond kunnen opnemen. Haal je wietplantje daarom uit de propagator zodra het wietzaadje is uitgekomen en boven de grond is. Zorg er natuurlijk wel voor dat de aarde voldoende vochtig blijft.
Veel thuiskwekers die voor eigen gebruik wiet kweken, doen dat tegenwoordig met veilige LED kweeklampen. Dit soort lampen hebben soms een stand om wietplanten te laten groeien en een stand voor de bloeifase. Bij de groeistand brandt slechts een deel van de LED’s, en op de bloeistand zijn alle diodes ingeschakeld.
Je bent dan misschien geneigd om te denken dat de laatste stand ook voor de groeifase beter is omdat het betekent dat je planten in totaal meer licht krijgen. Niet doen(!) want het rode licht van de bloeistand is vaak veel te veel voor groeiende wietplanten, waardoor bladeren kunnen verbranden. Ook kan het rode licht er tijdens de groeifase voor zorgen, dat wietplanten te veel gaan strekken.
Gebruik de groeistand dan ook waar hij voor is (de groeifase) of kies voor een full-spectum LED. Je kunt ook een speciale groeilamp of voorgroeilamp gebruiken tijdens de groeifase.
Wietplanten mogen graag een slokje water drinken. Ze stoppen echter met groeien wanneer je ze te veel water geeft. Dit komt omdat de wortels van wietplanten naast water en voeding, ook een flinke dosis zuurstof nodig hebben. Geef je te veel water dan verstikken de wortels door een gebrek aan zuurstof.
Het gevolg? Vergeelde bladeren en stilstand. Geef water wanneer de bovenste 2 tot 3 centimeters van de aarde opgedroogd is en niet eerder. Je weet dat je wietplant te natte aarde heeft wanneer de bladeren naar beneden krullen maar wel stevig aanvoelen.
Een hardnekkig misverstand onder beginnende kwekers is dat wietplanten allerlei voeding, boosters en toevoegingen nodig hebben om dikke toppen te kunnen maken. Niet waar, je kunt plantenvoeding beter niet met mensenvoeding vergelijken maar met vitaminen en mineralen. Het is absoluut essentieel voor een gezonde wietplant maar je kunt er geen toppen mee oppompen.
Het beste dieet is dan ook een dieet op maat, waarbij wietplanten precies genoeg voeding krijgen maar niet meer dan dat. Let goed op de kleur van de bladeren, ze moeten mooi groen zijn. Verdorren de bladpunten dan geef je wellicht te veel; vergelen de bladeren dan geef je meestal te weinig voeding.
In tegenstelling tot plantenvoeding, kun je licht voor planten wél vergelijken met mensenvoeding. Hoe meer licht een wietplant kan opvangen, hoe meer wiet het zal produceren. Er zit een maximum aan van ongeveer 600 Watt aan kunstlicht per vierkante meter aan bladerdek. Zit je nog niet aan die grens, dan kun je je oogst het beste verbeteren met meer kweeklicht. Zet buitenwietplanten dus ook lekker in de zon voor een maximale oogst.
Wanneer je wietzaden gaat kopen dan zie je bij de beschrijving van de soort, altijd een bloeitijd staan in weken of dagen. Zolang duurt de bloeifase voor die specifieke wietsoort. Alleen gaat die periode pas in op het moment dat je de eerste bloeiharen ziet.
Tel de bloeiweken dus niet vanaf het moment dat je de planten op een 12/12 lichtschema zet, maar begin pas met aftellen wanneer je bloeiverschijselen ziet. Schakel ook op dat moment pas over op de bloeistand bij LED kweeklampen die dat hebben, en begin ook pas met het geven van bloeivoeding wanneer je ziet dat je wietplant daadwerkelijk bloeit.
Veel kwekers denken dat de teelt op aarde automatisch biologisch is maar dit is niet het geval. Een kweek is officieel pas organisch of biologisch wanneer het buiten onder de zon plaatsvindt, en de plant alleen organische meststoffen krijgt.
Nu kun je ook best binnen biologisch kweken maar dan mag het officieel niet zo heten. Bacteriën in de aarde zorgen er bij een biologische kweek voor dat de organische deeltjes uit de voeding worden omgezet in opneembare meststoffen. Kweek je in aarde met minerale voeding, dan degradeer je de aarde tot een levenloos medium met als hoofdfunctie om houvast te geven aan de wortels. Kweek je in aarde, geef dan ook biologische voeding en gebruik nuttige bacteriën.
Bij wietplanten heeft de natuur het zo geregeld dat de grootste toppen bovenin groeien. Omdat die nu eenmaal het meeste licht opvangen en de grootste kans lopen om via de wind, stuifmeelkorrels op te vangen zodat ze bevrucht kunnen worden. Binnen is het daarom belangrijk om zoveel mogelijk toppen op gelijke hoogte bovenin te laten groeien. Dit kun je doen door je wietplanten te trainen of een mooie sea of green te kweken, en de onderste topjes tijdig te dieven.
De meeste mensen oogsten hun wietplanten te vroeg. Cannabisgoeroe Soma stelt daarom dat wietplanten standaard pas één of twee weken later klaar zijn, dan wat jij denkt. Wacht dus altijd minimaal een week langer met oogsten dan je van plan was, of kijk met een kleine microscoop om te zien of je wiet echt wel oogstrijp is. Je kunt dat zien door naar de kleur van de trichomen te kijken; bij een oogstrijpe top is het merendeel daarvan wit en een klein deel bruin van kleur.